Aanstormend talent achter de schermen
Ze zijn wat minder in beeld dan de raadsleden, maar daarom niet minder belangrijk: de fractieassistenten. Ze ondersteunen de fracties, soms heel praktisch, maar vaak juist ook op de inhoud. Zij mogen op Thema Avonden en Politieke Avonden het woord voeren. Maar bij de raadsvergadering zitten ze nooit aan tafel, want (uiteraard) hebben alleen de gekozen volksvertegenwoordigers daar een stem. Voor veel raadsleden was het een opstap, een mooie manier om vast kennis te maken met het raadswerk en te ontdekken of je zelf op een kandidatenlijst zou willen staan. Daarom interviewde de raadscommunicatieadviseur twee fractieassistenten, waaronder Harm.
Menno Lausegger is nu bijna vier maanden fractieassistent bij Woerden voor Democratie. Hij studeert human resource management en werkt hij al als ‘talent sourcer’.
Harm van der Wilt draait deze hele raadsperiode al mee als fractieassistent bij ChristenUnie-SGP. Hij heeft journalistiek gestudeerd en rondt nu een studie bestuurskunde af.
Wat doe je als fractieassistent?
Harm: ‘Ik heb me echt vastgebeten in het energiedossier. Ik help met moties en amendementen opstellen, ik voer het woord op de Politieke Avond en bereid schriftelijke vragen voor. Eigenlijk doe ik alles behalve de raadsvergadering zelf. Dat is heel fijn in onze fractie, we doen het samen en als fractieassistent draai je volwaardig mee. Daarnaast ben ik betrokken bij onze communicatie en social media.’
Menno: ‘Voor mij is alles nieuw. Ik heb nog geen eigen dossiers en ben maar gewoon in het diepe gedoken. Woerden voor Democratie is een nieuwe partij en we zijn nu met zijn tweeën. Samen bekijken we iedere week wat voorbij komt en wat ik daarvan op kan pakken. Maar ook die opbouw van de partij doen we samen, dus vorige week stond ik nog te flyeren op de markt. En ik doe ook onze social media.’
Waarom wilde je dit gaan doen?
Menno: ‘Ik heb altijd iets met politiek gehad maar ik had geen beeld van hoe het dan in Woerden werkte. Toen kwam de cursus Politiek Actief voorbij. Daar ontmoette ik Reem Bakker en daarna kreeg ik een berichtje op Twitter van hem: of ik ook echt actief wilde worden. Ik schrok wel even want toen ging het erg snel, maar waarom ook niet?
Ik zou ook graag iets met jongeren doen. De politiek heeft toch een wat stoffig imago. Met jonge mensen zoals wij twee maar ook Stan Droogh van LijstvanderDoes, kun je zo’n imago misschien wat doorbreken.’
Harm: ‘Ik had ook al een sluimerende interesse voor de politiek en was wel eens mee geweest met een raadslid dat ik kende. Maar ik werd pas echt actief toen ik bestuurskunde ging doen. Alleen van de theorie leer je toch niet hoe het in de praktijk werkt, dus ben ik in 2018 gestart als fractieassistent. Dat is heel leerzaam. Zeker nu. We zitten in de coalitie met een wethouder precies op ‘mijn’ dossier dat nu volop op de agenda staat. Dan zie je écht alles voorbij komen. Dat is wel ontzettend gaaf om mee te maken.’
Vooraf had je misschien al een beeld van het raadswerk, maar wat heeft je verrast?
Harm: ‘Als ik in het begin debatten mee maakte, dan had ik soms geen flauw benul waar het over ging. Je hebt nog geen dossierkennis en het zijn allemaal lopende zaken. Maar langzaam leer je ook hoe een debat werkt. Het is niet zo dat het daar altijd nog helemaal open ligt en dat je nog alle ruimte hebt om elkaar te overtuigen. Dat heeft me wel verbaasd.
Je leert dat het zinvol is om gesprekken te voeren aan de voorkant. Dat je met elkaar eens een kop koffie kunt drinken om te verkennen waar je raakvlakken hebt. Het kan zijn dat je een motie voorlegt aan een collega van een andere fractie en vraagt ‘hoe lees jij dit?’ Soms ben je het bijvoorbeeld wel eens, maar lees je niet hetzelfde. Er wordt wel eens gesuggereerd dat dat soort gesprekken geheimzinnig zijn, maar er wordt daar natuurlijk niets beklonken. Zo’n gesprek kan niet tijdens een debat, maar het debat wordt er wel beter van.’
Menno: ‘Wat ik niet verwacht had, is hoe toegankelijk en transparant het eigenlijk is. Je hebt van tevoren zo’n beeld dat politiek ver van je af staat. Maar als je een beetje je best doet, zie je hoe makkelijk je alles kunt volgen. Je ziet dat het gesprek gaat over dingen die dichtbij zijn. Als je naar Den Haag kijkt, dan denk je wat er gebeurt er allemaal nog achter de schermen? Maar als je dat hier ziet, zelfs met die gesprekken die Harm noemde, dan is het gewoon toegankelijk.’ Harm: ‘Minder spannend dan je denkt?’ Menno: ‘Nou absoluut. Op een goede manier. Dat zie je bijvoorbeeld ook na een pittige avond over energie waar mensen hard tegen elkaar in gaan. Daarna staan ze wel gezellig te babbelen. Het is fijn dat dat kan, dat je het toch samen doet.’
Welke politicus bewonder je?
Menno: ‘Tja het is tegenwoordig het standaard antwoord natuurlijk, maar de dossierkennis van Pieter Omtzigt is enorm indrukwekkend. Kijk ik naar hoe iemand overkomt en durft te gaan staan voor wat hij vindt, dan vond ik Pim Fortuyn juist weer indrukwekkend. Harm: ‘Tijdens mijn stage in de kamer heb ik veel respect voor Carla Dik-Faber gekregen. Zij heeft enorm veel dossierkennis in o.a. landbouw en klimaat, en dat terwijl haar achtergrond kunstgeschiedenis is. Je hebt bij politici nog wel eens het beeld dat dat allemaal haantjes zijn, maar je ziet dan dat dat echt niet zo hoeft te zijn. En ik sluit me bij je aan, Pieter Omtzigt vind ik ook erg sterk, vooral hoe hij als kamerlid van een coalitiepartij wel kritisch durft te zijn op het kabinet.’
Tot slot, hoe kijk je naar volgend jaar? Wil je op de kandidatenlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen?
Harm: ‘Het formele antwoord is dat de selectiecommissie nog moet bellen. Maar: ja, dat mogen ze zeker doen.’ Menno: ‘Ook bij mij is het wel de intentie om op die lijst te gaan staan. Maar we zijn de partij nu druk aan het opbouwen. Dus het voelt nog wel ver weg.’